durmelogokleiner3

                                                                     .

ooi jean 2Ringen leveren fantastische verhalen op, soms met onverwachte wendingen. Inspirerend om onze ooievaars nóg beter te gaan opvolgen... In de nieuwsflits van OOI (Ooievaar Oberservatie Initiatief) brengt Koen Steenhoudt, samen met Christophe Hillaert (conservator Buylaers) en Jean Finet (vrijwilliger) het verhaal van de Buylaers in Lokeren. Het was een leuke gelegenheid om samen met de beheerders het volledige verhaal van in den beginne te reconstrueren. 


De Buylaersdynastie                                                                                                                                                                                  Lokeren, een plek met een oude ooievaarstraditie. Een dikke twintig jaar geleden, in 2000, hadden alle televisiezenders het immers over een ooievaarspaar dat zich had gevestigd in Daknam. De eerste broedpoging buiten de grote parkkolonies. Sindsdien wordt er in Daknam jaarlijks gebroed. Maar daarover hebben we het later wel eens. Het duurde tot 2013 voor zich te Lokeren een tweede broedpaar vestigde, in de Buylaers vlakbij het stadscentrum. Nog negen jaar later is Lokeren nog steeds de enige plek buiten de grote kolonies, waar meer dan één paar – twee om exact te zijn – jongen konden laten uitvliegen. Ziehier het verhaal van de Buylaersdynastie, een verhaal van ups maar ook vele downs …

Voorjaar 2013. Een ooievaarspaar doet aarzelende pogingen om wat takjes bij elkaar te harken op een niet voor de hand liggende plek: de hoogspanning van de spoorweglijn bij het Verloren Bos. Gelukkig bleven de takken er niet liggen, anders was deze broedpoging, samen met de ooievaars zelf, wellicht letterlijk gesmoord geweest.


Na een dag vruchteloos aanmodderen verhuist het koppel naar een schouw in de Rozenstraat. Mannetje M6287 werd geboren in Deinze in 2010. In 2012 werd hij als jongeling met drie kalenderjaren op zijn teller reeds vertrouwd met het gebied. De schouw is weldra getooid met een prachtig nest. Een dikke streep door de rekening van de jonge eigenaars die het oude huis wilden laten slopen en met hun nieuwbouw beginnen. Ze stellen hun plannen uit tot na de broedtijd, die echter geen volledig seizoen duurt. Zoals bij veel jonge ooievaars was die eerste broedpoging immers niet meer dan een leerschool voor de toekomst.


Met de nodige vergunningen op zak, en met de hulp van de brandweer wordt het nest getransplanteerd op een ooievaarspaal, die een plek krijgt in het natuurreservaat de Buylaers. M6287 neemt hem meteen in dank aan.

ooievaars buylaes Jean Finet

(Foto: Jean Finet)


Het begin van seizoen 2014 verloopt voorspoedig tot wanneer een hagelstorm over Lokeren raast. Het is noodweer. Sirenes loeien door de stad. Conservator Christophe is er niet gerust in. Direct na de hagelbui begeeft hij zich in het holst van de nacht en met een klein hartje naar de nestlocatie en… vindt er moeder ooievaar dood gehageld op de grond. Ze had haar jongen, die het gelukkig overleefden, tot de laatste snik beschermd.


Met de hulp van voedselpakketjes, aangereikt door de gebiedsbeheerders, brengt M6287 de twee kleintjes toch met succes groot. Dat de acties rond de ooievaarspaal en de nestzorg door de buurtbewoners ten zeerste werden gesmaakt, wordt duidelijk wanneer de twee jongen kort na de storm worden geringd. Er komen niet minder dan 250 – tweehonderdvijftig !!! – kijklustigen op af. Een camera op het nest kreeg nooit de kans om beelden uit te sturen, want werd al van de eerste dag vakkundig 'toe gewit'.


Ondanks de tegenslagen bleek dit nest er toch een van overlevers. In 2017 en 2018 wordt zoon M6287 immers een paar keer waargenomen in Gent en lijkt in 2018 in Damme zelfs even een nest te claimen. In 2019 zoekt hij de roots van zijn vader op, de Brielmeersen te Deinze, kiest er een ooievaarspaal uit en sticht er zijn eigen dynastie.

ooi joris

(Foto: Joris Everaert)

In 2015 sterven de twee jongen.

In 2016 heeft M6287 een wijfje aan de haak geslagen met een smal, paars AVIORNIS ringetje, wat een afkomst uit gevangenschap laat vermoeden. Ze wordt ‘Klepper Mila’ gedoopt. Van hun twee jongen sterft er eentje. Tot overmaat van ramp breekt M6287 een poot, en wordt daarna niet meer terug gezien. Moeder Mila brengt haar overblijvend jong alleen groot.


In 2017 neemt M6146 de fakkel over. Dit mannetje, duidelijk herkenbaar aan zijn gekruiste snavel, werd geboren in Berlare in 2010. Hij overwinterde al sinds 2012 in het gebied. Een paar keer bezette hij tijdens de winter zelfs het nest, maar werd later door de residentiële vogels telkens weer verjaagd. Volgens Lokerse traditie krijgt hij een klepper-naam: Klepper Arthur. Wanneer Mila terug keert uit het zuiden blijkt ze naast haar paarse kweekringetje nog een metalen ring (Y9076) en een zwarte kunststof ring (135) te dragen, attributen die ze op 1 maart aangemeten kreeg in Planckendael, na een tussenstop in de vangkooi. Arthur en Mila brengen in 2017 twee jongen groot.


In 2018 blijft Arthur naar gewoonte overwinteren en begint vrij vroeg met het opkalfateren van zijn nest. Wanneer Mila aan komt is ze vergezeld door nog zeven andere ooievaars. Twee weken lang wordt er een stevig potje gebakkeleid. Mila probeert in het geharrewar meermaals op het nest te landen, maar Arthur is dermate in gevechtsmodus dat hij ook háár afweert. En plots is ze weg. Maar, rokkenjager als hij is, slaat Arthur enkele dagen later al een nieuwe vrouw aan de haak.

ooi jean

(Foto: Jean Finet)

 

Tegelijk klinkt er ook geklepper vanuit het Verloren Bos vlakbij. Een niet geringde man met wijfje M6917/1584 uit Planckendael lichting 2015, wellicht twee overblijvers uit de groep van zeven, bouwen met veel architecturaal vernuft een nest op een ogenschijnlijk veel te smalle afgeknakte populierstam. De hoogspanning van de spoorweg vlakbij wordt het Planckendael wijfje echter noodlottig. Het mannetje blijft nog een aantal dagen hardnekkig op zijn vier eieren zitten broeden maar blaast dan de aftocht. In het nest van Arthur zijn er inmiddels drie jongen geboren waarvan er uiteindelijk slechts één zal uit vliegen.


In 2019 is er in het Verloren Bos een gekoppeld paar, misschien met hetzelfde mannetje. Het ziet er goed uit tot een maartse storm het nest verwoest en het paar vertrekt. Op de paal in de Buylaers krijgen we intussen een volledige paarwissel. Arthur wordt niet meer terug gezien. Zijn plaats wordt ingepikt door een niet geringd mannetje. Het niet geringde vrouwtje van 2018 ruilt haar plaats voor een ander niet geringd vrouwtje. Deze is echter wel goed herkenbaar aan een witte veer in het zwarte rechter schoudervlak, waaraan ze haar naam 'Klepper Vlekje' dankt. Vlekje zet in de seizoenen 2019, 2020 en 2021 samen met haar (mogelijks steeds dezelfde) ongeringde partner een aardig cumulatief resultaat van 10 uitgevlogen jongen neer. En bij het schrijven van dit artikel, eind januari, is ze alweer op post, klaar voor haar vierde broedsucces.


Sinds 2013 kende het Buylaersnest 9 broedpogingen die een totaal van 16 uitgevlogen jongen opleverden, waarvan er 14 werden geringd. De ringen leverden tot nog toe een twintigtal terugmeldingen op. De meest in het oog springende is die van een nestjong van 2014 dat sinds 2018 in Deinze broedt. De minst leuke is die van het nakomertje van 2021 dat een paar dagen na het uitvliegen dood werd aangetroffen op een afvalsite bij Gent. De overige waarnemingen gaan over vogels op trek of in hun winterkwartieren, vooral op afvalsites rond Madrid en zuidelijker in Spanje. Opvallend is de groepswaarneming op 20 juli 2020 bij Hoogerheide, Nederland van drie van de vier jongen die een paar weken eerder hun nest verlieten. Een kort noordelijk familie uitstapje vooraleer naar het zuiden te trekken.

ooi ch

(Foto: Christophe Hillaert)

ooi jean 2

(Foto: Jean Finet)

Tekst: Koen Steenhoudt (nieuwsflits OOI februari 2022)